Scholen zijn sinds 2006 wettelijk verplicht een bijdrage te leveren aan burgerschapsvorming. Juist in tijden van toenemende tegenstellingen in de samenleving, is het belangrijk dat we leerlingen op school democratisch burgerschap aanleren. Het leren omgaan met anderen, andere groepen en de botsing en wrijving die hierbij hoort. Burgerschapsonderwijs gaat over de basisnormen en -waarden van onze samenleving. Hoe gaan we met elkaar om? De basisschool is de uitgelezen plek om hiermee te oefenen.
Ook op onze school zijn we daar dagelijks mee bezig. We streven ernaar de leerlingen te vormen tot betrokken inwoners van onze samenleving. Op De Grote Reis maken we daarvoor gebruik van het programma ‘De Vreedzame School’. Binnen De Vreedzame school leren kinderen:
- op een democratische manier met elkaar beslissingen te nemen;
- constructief conflicten op te lossen;
- verantwoordelijkheid te nemen voor elkaar en voor de gemeenschap;
- een open houding aan te nemen tegenover verschillen tussen mensen;
- volgens welke principes de democratische samenleving is ingericht.

In onze klassen voelen leerlingen zich gehoord en gezien, krijgen ze een stem en leren ze samen beslissingen te nemen en conflicten op te lossen. Leerlingen voelen zich verantwoordelijk voor elkaar en voor de gemeenschap en staan open voor de verschillen tussen mensen.
Praktisch betekent dit dat we elke dag starten met een dagopening, waarin kinderen kenbaar kunnen maken hoe zij zich voelen, waarin groepsafspraken en groepsdoelen kort worden benoemd of aangepast en de planning van de dag wordt doorgenomen. Aan het einde van de dag sluiten we deze ook weer op dezelfde manier af. Tijdens de afsluiting van de dag wordt kort gereflecteerd op het verloop van de dag en het wel of niet behaald hebben van de groepsdoelen. Aanvullend geven we de lessen vanuit de methode vorm en dragen we als school (kinderen, leerkrachten en ouders) de visie uit.