De Grote Reis is een Daltonschool die zich richt op de ontwikkeling van het volledige kind. Naast de kernvakken (rekenen, taal en lezen) staan ook de talenten van de leerlingen en de vaardigheden die een mens nodig heeft in de maatschappij, centraal.
De vijf kernwaarden van waaruit wij ons onderwijs vormgeven zijn:
- zelfstandigheid
- vrijheid en verantwoordelijkheid
- samenwerken
- effectiviteit
- reflectie en evaluatie
Zelfstandigheid:
Zelfstandigheid betekent zelfwerkzaamheid. De leerkracht richt de beschikbare tijd effectief en efficiënt in, waardoor een leerling actiever op school is. Zo kan de leerling optimaal gebruikmaken van zijn tijd: kinderen willen graag zelf actief bezig zijn. Door het zelfstandig werken ontstaan meer mogelijkheden om de kinderen op hun eigen niveau te laten werken. De leerkracht kan zich dan meer richten op de begeleiding van kleine groepjes of individuele leerlingen.
De zelfstandigheid komt vooral tot uiting in het werken met de (week)taak. De kinderen werken op bepaalde tijden van de dag aan deze taak. De taak bestaat vooral uit opdrachten die uit de methoden komen die de school voor de diverse (deel)vakgebieden gebruikt. Voor de kinderen is de mate van zelfstandigheid vooral terug te vinden in de volgende punten:
- Leerlingen hebben hun taak af op het afgesproken tijdstip.
- Leerlingen pakken wat ze nodig hebben en ruimen zelf de materialen weer op.
- Leerlingen bepalen zelf of zij medeleerlingen, de leerkracht, naslagwerk of ander materiaal raadplegen.
Vrijheid en verantwoordelijkheid:
Vrijheid is noodzakelijk om eigen keuzes te kunnen maken en eigen wegen te vinden. Vrijheid in het Daltononderwijs is de ruimte krijgen om het taakwerk zelf te organiseren. De opgegeven leerstof en de eisen die daaraan worden gesteld, de tijdslimiet, de werkafspraken en de schoolregels vormen de grenzen waarbinnen de leerlingen hun vrijheid leren gebruiken. Een leerling leert verantwoordelijkheid voor zichzelf en zijn omgeving te dragen, als zijn omgeving hem daarvoor de ruimte en mogelijkheden biedt.
Door leerlingen meer vrijheid te bieden kunnen zij eigen keuzes maken en een actieve leerhouding ontwikkelen. Maar vrijheid betekent niet dat alles zomaar kan en mag. Het is een taak van de leerkracht om iedere leerling structuur te bieden zodat ze om kunnen gaan met vrijheid binnen grenzen. Leerlingen krijgen de ruimte om te ontdekken en te experimenteren. Daarnaast laten we zien wat de relatie is tussen wat ze doen en wat dat oplevert. Dat is voor leerlingen een geleidelijk leerproces. Zelfkennis en zelfinschatting spelen daarin een grote rol.
Deze ‘vrijheid in gebondenheid’ komt vooral tot uiting in het werken met de (week)taak. De kinderen hebben een stukje vrijheid bij het werken aan of met deze taak. Deze vrijheid ligt in:
- het moment waarop aan welk(e) vak(gebieden) gewerkt wordt, in welke volgorde, hoe lang en waar;
- de keuze wanneer en of er zelfstandig of samengewerkt wordt;
- het wel of niet raadplegen van en de keuze van hulpbronnen.
De leerkracht bekijkt per kind hoeveel vrijheid het aankan. Door sturing en controle kan een leerkracht bepalen of de grenzen ruimer gemaakt worden of juist wat worden beperkt. Vrijheid en verantwoordelijkheid zijn twee kanten van dezelfde medaille. Het één kan niet zonder het ander. Het Daltononderwijs ziet een mens/kind als een persoon die zelf mag en kan kiezen. Iemand die voor de gevolgen van zijn keuzes zelf de verantwoordelijkheid leert dragen.
Samenwerken:
De Grote Reis is een school waar leerlingen en leerkrachten van en met elkaar leren. Doordat leerlingen samen met leerkrachten en medeleerlingen aan hun leertaken werken, leren zij met elkaar om te gaan en dat zij elkaar kunnen helpen. Samen kennis vergroten en vaardigheden ontwikkelen kan het leren vergemakkelijken. Leerlingen leren dat er verschillen bestaan tussen mensen. Ze leren naar elkaar te luisteren en respect te hebben voor elkaar. Als leerlingen met elkaar samenwerken, ontwikkelen ze sociale vaardigheden en leren ze reflecteren op de manier waarop ze leren. Denk daarbij aan het beoordelen van hun eigen inbreng en die van medeleerlingen, het aangaan van de dialoog, het leren omgaan met teleurstellingen en het ervaren van wat samenwerking oplevert. Het uiteindelijke doel is democratisch burgerschap.
Onze uitgangspunten bij het samenwerken zijn:
- Samenwerking uit het oogpunt van de sociale vorming, waarbij respect heel belangrijk is. De kinderen ervaren zo dat ze niet met iedereen bevriend hoeven te zijn om toch goed te kunnen samenwerken. Soms wordt voor een bepaalde periode met een vast ‘maatje’ gewerkt.
- Didactisch samenwerken, wat wil zeggen dat kinderen elkaar helpen bij het verwerken van de leerstof. Dit vraagt een goede communicatie van en tussen de kinderen, waarbij afspraken maken en samen iets kunnen organiseren heel belangrijk zijn.
- Tutorleren, waarbij kinderen uit een hogere jaargroep wekelijks kinderen uit de onderbouw of middenbouw hulp bieden, zoals voorlezen en tutorlezen.
- Groepsdoorbroken samenwerken, waarbij groepjes samengesteld worden uit leerlingen van alle jaargroepen. Zij voeren dan een gezamenlijke opdracht uit passend bij bijvoorbeeld het feest dat we met elkaar gaan vieren. Dit kan door middel van spellen, crea-activiteiten, muziek, enz.
Effectiviteit:
Het Daltononderwijs op De Grote Reis is gericht op een effectieve inzet van tijd, menskracht en middelen met als doel het maximale uit de leerlingen te halen wat betreft vaardigheden en kennis. Hierbij valt te denken aan taken op maat, instructie toegespitst op leerbehoeften en de inrichting van ons gebouw. Op die manier maken we zelfstandig werken en samenwerkingsvormen mogelijk. Wanneer leerlingen een taak krijgen, waarvoor zij verantwoordelijkheid dragen, een taak die ze in vrijheid zelf mogen inplannen en uitvoeren, wordt het onderwijs veel effectiever.
Reflecteren en evalueren:
Nadenken over je eigen gedrag en je eigen werk is op De Grote Reis belangrijk. Om de betrokkenheid bij het leerproces te bevorderen stellen we doelen met de kinderen (individueel en als groep) om deze vervolgens te evalueren. Tijdens het reflectieproces stellen we vragen als: ‘Hoe is een leerling tot een bepaald eindresultaat gekomen?’, ‘Waar liep hij/zij vast?’, ‘Waar is iemand trots op?’, ‘Wat zou hij/zij de volgende keer anders doen?’.
Het kritisch benaderen van onderwijskundige ontwikkelingen en inzichten is bij ons op school vanzelfsprekend. Iedere leerkracht reflecteert op zijn/haar onderwijspraktijk en professioneel handelen. Ook op schoolniveau vindt reflectie over het onderwijs voortdurend plaats.